Wetgeving: instemmingsrecht docenten leeruitkomsten

14 oktober 2024
Geschreven door: mr. J.S. Buiting

Onlangs is de Regeling leeruitkomsten hoger onderwijs ter internetconsultatie aangeboden, die consultatie is inmiddels gesloten. Met deze regeling wordt uitgewerkt hoe er invulling wordt gegeven aan het instemmingsrecht van docenten bij het werken met leeruitkomsten. Ook worden er aanvullende regels gesteld aan opleidingen in het wetenschappelijk onderwijs die aan de slag willen gaan met leeruitkomsten.

Leeruitkomsten in het kort
Met het wetsvoorstel leeruitkomsten beoogt de regering ruimte te creëren, zodat studenten op een leerwegonafhankelijke wijze een opleiding kunnen doorlopen (Kamerstukken II 2021/22, 36 136, nr. 3, p. 8). Opleidingen kunnen hierdoor (deels) gaan bestaan uit eenheden van leeruitkomsten die studenten kunnen invullen met resultaten die ze bijvoorbeeld in de praktijk hebben behaald. Met de regeling die onlangs in consultatie is gegaan, wordt dit wetsvoorstel nader uitgewerkt.

Instemmingsrecht docenten
Op het wetsvoorstel Leeruitkomsten is door Kamerleden Stultiens en Beckerman een amendement ingediend dat bepaalt dat docenten dienen in te stemmen met de overstap van een opleiding naar het werken met leeruitkomsten (Kamerstukken II 2023/24, 36 136, nr. 17). De docenten van de betreffende opleiding zouden volgens de Kamerleden vanuit hun kennis en ervaring het beste in kunnen schatten of werken met leeruitkomsten geschikt is voor die opleiding. In de Regeling leeruitkomsten hoger onderwijs wordt bepaald dat dit instemmingsrecht in principe toekomt aan de docenten die in de opleidingscommissie zitten van de betreffende opleiding. Deze docenten kunnen er ook voor kiezen een andere afvaardiging van docenten van de opleiding het instemmingsrecht te laten uitoefenen.

Aanmelden opleidingen
Uit de Regeling vloeit voort dat een opleiding in het wetenschappelijk onderwijs enkel met leeruitkomsten kunnen werken, indien deze opleiding is opgenomen in de Regeling. Het moet dan gaan om opleidingen met een substantiële praktijkcomponent. Instellingen dienen opleidingen hiertoe aan te melden bij de minister. Voor opleidingen in het hoger beroepsonderwijs geldt het voorgaande niet.  

Inwerkingtreding en terugwerkende kracht
Het wetsvoorstel en de regeling treden in werking op 1 januari 2025. Voor het instemmingsrecht is van belang dat dit geen terugwerkende kracht heeft. Opleidingen die reeds met leeruitkomsten werken, hoeven dan ook geen instemming van de docenten te verkrijgen om hiermee door te gaan.

Vorige
Vorige

Jurisprudentie: hardheidsclausule en inschrijving

Volgende
Volgende

Jurisprudentie: procesbelang bij vrijstellingen